Hoofdstuk 14 - Paragraaf 3 |
14. Improvisatie/>
14.3 PC & Synthes
Een methodiek gebaseerd op neuropsychologie en sensomotorische leerfenomenen.
Om als koperblazer,maar in feite geldt het voor iedere muzikant , in alle opzichten een supersnelle vooruitgang te boeken is de synthesizer (PC) een belangrijk hulpmiddel. Alle polariteiten zie 30.1 kan men met behulp van een synthesizer trainen.
Motivatie.
Kern van de grote reeks voordelen, onderwijstechnisch gezien, is de motivatie, de drijfveer achter de soort training. Waarmee essentiele hersendelen worden ingeschakeld, zoals bijvoorbeeld het limbische(affectie) systeem. Bovendien worden door de muziek uit PC en Synth. talloze geheugenaspecten aangesproken, maar ook gestimuleerd.
Autonome dwang.
De motivatie die sterk toeneemt door de ondersteunende en onder-klinkende muziek uit S of PC oefent een onmiskenbare zintuiglijke druk uit en legt een autonome en onbedwingbare dwang op aan de muzikant die hij/zij wel moet volgen om IN GELIJKE TRED met de begeleidende muziek te blijven. Dit geldt voor alle getrainde onderdelen zoals :
Het ritme, van simpele mars tot een ingewikkelde latin -samba , bij wijze van spreken
Het tempo, langzaam beginnend en steeds de grens opzoekend.
De toonhoogte, waarmee het gehoor wordt getraind. Door steeds te wisselen van grondtoon, moet de muzikant geweldig alert zijn en direct haar/zijn hoogte aanpassen.
De muzieksoort, van barok tot rock, van dance tot trance, van hiphop tot latin fusion, van beat tot funk etc etc. Zie de complete lijst later. Op elke moderne S of PC kan men moeiteloos alle stijlen vinden en ook uitvoeren.
De dynamiek.
Beeld-geluidcombinatie.
Door de pc hieraan te koppelen kan men ook direct zien welke muziek er gespeeld wordt en kun je op deze wijze je vooruitgang of stilstand vast te leggen.
Geheugen.
Door elke passage vanaf het begin honderden zo niet duizenden keren uit te voeren, zullen er nieuwe prikkelwegen of zenuwroutes worden aangelegd in het sensomotorische systeem en zal er sprouting optreden, uitbreiding der synapsen etc. Miljoenen als het ware ingegraveerde (muziek)reflexen staan de ouder geworden m uzikant ter beschikking, daar waar dat anders NIET was gebeurd.
Plasticiteit.
Door geleidelijk stap voor stap, eindeloos herhalend , wijzigingen aan te brengen in de uitvoering, ook al is het maar de simpele ritmewijziging of toonhoogte aanpassing, treedt er een modulatie op in het zenuwstelsel. Onderzoekingen van Altenmüeller c.s. wijzen allemaal in deze richting. Zie ook hoofdstuk 30.
Modulatie.
Aanleertechnieken
Een stap voor stap groeiend geheugen voor allerlei onderdelen van het stukje muziek dat je speelt of zingt.
Door het blaasinstrument en het bespelen ervan, direct in contact te brengen en tegelijk uit te voeren met variaties in ritmiek, tempo, dynamiek, toonhoogte, toonsoorten, allerhande verschillende accoorden en muziekstijlen gaat men veel en veel verder als , het draaien en meespelen of zingen van een CD-tje of CD etc. alleen.
De leerling een stukje muziek voor te houden op de lessenaar en vervolgens een CD-tje te draaien met het voorbeeld, is in mijn ogen geen goed voorbeeld en maakt de leraar lui. Bovendien is de methode voor elke leerling hetzelfde. Dat kan niet de bedoeling zijn omdat elke leerling uniek is en van elk exemplaar maar één.
Dat is hetzelfde als wanneer een dokter al zijn schildklierpatienten hetzelfde medicijn toedient en in dezelfde sterkte. Of zie ik het fout?
In allerhande muziekonderwijsinstituten zou men dit middel toe moeten passen. Ook de motivatie van leerlingen en studenten groeit “du moment” met grote stappen. Ook pleit ik ervoor om alle muziekschoolleraren als bijvak piano en PC instructie zouden moeten hebben in elk geval om de S of PC goed te gebruiken.
Zie ook het filmpje wat we in december gaan opnemen, ik van mezelf heb gemaakt op verschillende instrumenten.
De volgorde die je kunt aanhouden is:
Ritme en metrum
Via de drums, eerst de simpele maatsoorten 4/4,3/4,6/8,1/2, langzaam uitgevoerd,maar al wel passend bij een muziekstijl:
Disco,funk, rock, slow rock, rock&roll, boogie woogie, dixyland, polka, ballad,barok, beat, dance, trance, hiphop, wals, reggae, mars; (Cuban:) tango, samba, salsa, fusion, mambo, rhumba, cha cha cha, merengue; bigband, swing, bebop , shuffle, country, polka, etc. etc.
Volgorde aanpassen aan opvoeding, cultuur etc.
Variatie bevordert het leerproces.
Dynamiek
Vanaf het begin, dus in de ritmetraining pas je dynamische verschillen toe, de knop zit er niet voor niets
Tempo
Langzaam beginnend, en zodra de leerling/ student het ritme onder de knie heeft schuif je de metronoom wat op. Langzaam spelen is het moeilijkste, dat merk je later bij de voordracht. Daarmee hebben de blazers het meeste moeite. Begin in principe op M.0 en rond de M.200 heb je wel voldoende snelheid bereikt
Toonhoogte en toonsoort
Door het melodydepartment in te schakelen, kies je een toonsoort. En dan kiezen we eerst het middenregister, meestal het makkelijkste.
En dan beginnen we Majeur, Ma 7 en dat in alle toonsoorten chromatisch opgebouwd, vanuit het midden eerste een kwint omhoog en dan weer omlaag.
Laat de leerling/ student eerst de drieklank horen en daarna de omkeringen zowel voor alle toonsoorten. Elk accoord eindeloos herhalen, met tempowisselingen.
Afhankelijk van het instrument kies je als beginaccoord bv voor Bb instrument Bb etc.. F instrument F
Hier de voorbeelden in C:
C, C maj.7, C7, C mi, C mi 7, C mi 7 (b5) en verder alle variaties, vervolgens:
C 0, C +, C sus etc..
Probeer op een beeldscherm het bewuste accoord in een notenbeeld weer te geven (Visuele aspect)
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
TOETSVRAGENSPEL TOONHOOGTE. Dit kun je desgewenst toepassen voordat je met de accoorden begint.
Zonder dat de leerling het ziet welke toets je indrukt, moet deze proberen de toon hoogte te blazen.
Ook heel leuk is om hen zelf een toets of later een accoord in te toetsen en dan de tonen zelf te spelen daarna. Een soort moderne Solfége in feite
In hoofdstuk 14.4 later meer over de neuropsychologisch aangetoonde bewijzen van de effecten op leerprestaties maar ook op hersenfunctie.
|