12 - Gebit en kaken
Hoofdstuk 12 - Paragraaf 2
12. Gebit en kaken

12.2 De kaakstand

Normaal vallen in rust de bovenste twee snijtanden over de onderste heen.



Bij het spelen verandert er veel. Bij elke toon die gespeeld wordt, hoort een andere kaakstand. Zodra je lager moet spelen, zal de onderkaak naar onderen en achteren bewegen.
Bij extreem laag spelen gaat de onderkaak echter juist naar voren. Dat zal ook gebeuren als je hoger moet spelen. Naarmate je hoger en ook harder speelt, zal de onderkaak zover naar voren schuiven in het kaakgewricht dat de bovenste en onderste snijtanden recht boven elkaar staan.









12.2 De kaakstand